Het Mensbeeld Achter NRC
Een Filosofische Analyse van Journalistieke Objectiviteit
Als toegepast filosoof zoek ik graag de plekken op waar het schuurt en waar dieperliggende aannames onbewust invloed uitoefenen. In onderstaande casestudy onderzocht ik de impliciete mensbeelden van NRC en hoe deze invloed hebben op de manier waarop nieuws wordt geïnterpreteerd en gepresenteerd. De journalistiek wordt gezien als een grote en betrouwbare bron van informatie, maar zoals Marshall McLuhan al zei: ’the medium is the message‘, wat suggereert dat die betrouwbaarheid complexer is dan het lijkt. De vraag is of de journalistiek zich daar altijd voldoende bewust van is.
We leven in een wereld waarin desinformatie, propaganda en censuur zich steeds hardnekkiger nestelen in het publieke debat. De Amerikaanse president Donald Trump verklaarde de pers tot ‘de vijand van het Amerikaanse volk’ (Kalb, 2018). In Europa kent de oorlogspropaganda geen grenzen, waarbij vooraanstaande politici zoals Frans Timmermans (2025) het gevaar van Rusland blijven benadrukken. Tegelijkertijd blokkeert de Europese Unie vrijwel volledig de Russische staatsmedia, wat door het College voor de Rechten van de Mens (2022) als een ernstige inbreuk op de vrijheid van meningsuiting wordt bestempeld. Kortom, we kunnen spreken van een heuse informatieoorlog, waarbij ‘de waarheid’ en de feiten onder druk staan. In deze ‘oorlog’ zou een krant als NRC Handelsblad het fundament van objectieve, betrouwbare en onpartijdige berichtgeving moeten zijn. Toch kunnen onderliggende aannames over de mens – het impliciete mensbeeld – onbewust invloed uitoefenen op de manier waarop nieuws wordt geïnterpreteerd en gepresenteerd. Dit roept de volgende wijsgerig-antropologische vraag op: in hoeverre beïnvloeden impliciete aannames over de mens de objectiviteit van de berichtgeving van NRC?
Om deze vraag te beantwoorden, voer ik een kwalitatieve analyse uit van de pagina’s op de NRC-website waarin zij beschrijven wie ze zijn, wat ze doen en waar ze voor staan. Daarbij kijk ik specifiek naar aannames over de menselijke natuur en de mogelijke impliciete oordelen over betrokken partijen, zoals de lezer en de journalist. Vervolgens analyseer ik dit mensbeeld met behulp van de filosofie van Maurice Merleau-Ponty om de onderliggende aannames verder te duiden. Tot slot formuleer ik de praktische implicaties van deze bevindingen. Met deze aanpak beoog ik helder inzicht te geven in de mate waarin het impliciete mensbeeld de objectiviteit van de berichtgeving beïnvloedt.
In dit essay hanteer ik de volgende begrippen: ‘objectiviteit’ als de aanname dat journalistieke berichtgeving een neutrale en onbevooroordeelde weergave van feiten biedt, en ‘subjectiviteit’ als de invloed van persoonlijke, culturele en belichaamde ervaringen op waarneming en interpretatie.
De autonome lezer
Al sinds de oprichting ziet NRC ‘de vrije ontplooiing van de gaven die in de individuele mens verborgen liggen’ als het hoogst bereikbare ideaal (Over Ons – NRC, z.d.). Deze zin onthult direct een aantal opvallende begrippen die het mensbeeld van NRC typeren: vrije ontplooiing, gaven, de individuele mens en ideaal. Dit zijn waarden die naadloos aansluiten bij het moderne, westerse verlichtingsdenken, dat NRC naar eigen zeggen ook uitdragen (NRC Code | Onze-beginselen, n.d.). De uitspraak wijst bovendien op de vrijheid van het individu om eigen keuzes te maken en een onafhankelijke mening te vormen. Dit vereist zelfkennis en reflectie, waaruit blijkt dat NRC de mens als een rationeel wezen ziet. De term ‘gaven’ duidt bovendien op aangeboren potentieel dat verder ontwikkeld kan worden of door ervaring en ontwikkeling kan ontstaan.
Naast de visie op de autonomie van de lezer, benadrukt NRC ook het belang van actieve betrokkenheid bij het denkproces. NRC richt zich op ‘een publiek dat bereid is na te denken’ en beschouwt het als haar taak om dit publiek ‘tot nadenken te prikkelen’, zodat de lezer gestimuleerd wordt om, op basis van de aangeboden informatie, een eigen mening te vormen (Over Ons – NRC, z.d.). Nadenken is volgens NRC een positieve activiteit waarin de lezer een verantwoordelijkheid heeft, wat duidt op een mensbeeld waarin rationaliteit (logisch denken, informatie verwerken) en autonomie (zelfstandig oordelen, onafhankelijke beslissingen nemen) centraal staan. De lezer wordt hiermee gepresenteerd als een normatief wezen dat openstaat voor nieuwe inzichten en betekenis geeft. Dit toont aan dat de mens voortdurend in ontwikkeling is en actief kan deelnemen aan het publieke debat.
Om te prikkelen, levert NRC ‘dagelijks onafhankelijke, integere en transparante journalistiek die diep graaft, breed kijkt, kritisch is voor zichzelf en net verder gaat waar vele anderen stoppen’ (Over Ons – NRC, z.d.). Door termen als ‘onafhankelijk’, ‘integer’ en ’transparant’ te gebruiken, definieert NRC de kenmerken van goede journalistiek en stelt het normen voor de journalist, wat aangeeft dat ze de journalist ook zien als een normatief wezen die de lezer op een verantwoorde manier informeert. Hiermee presenteert NRC niet alleen een mensbeeld, maar ook een ideaalbeeld van hoe de mens zou kunnen en moeten zijn.
Ondanks deze sterke nadruk op autonomie, wordt duidelijk dat NRC ook een ander beeld van de lezer heeft, waarin zijn vermogen om zelf te denken wordt bevraagd. Zo beschrijven ze dat ‘de blik van de burger door ‘nepnieuws’ en ‘alternatieve feiten’ vertroebeld kan worden’, en dat hun zoektocht is ‘de juiste feiten op een genuanceerde en evenwichtige wijze aan de lezer te presenteren’ (Over Ons – NRC, z.d.). Dit duidt op twijfel over het rationele denkvermogen van de lezer. Bovendien stelt NRC zich op als autoriteit over wat de juiste feiten zijn en hoe hiermee omgegaan moet worden. Er zijn dus andere factoren die de rationaliteit beïnvloeden. De krant bepaalt hierin wat ‘echte’ informatie is en wat desinformatie is. Enerzijds wordt de lezer aangesproken als een autonoom individu, anderzijds wordt hij ook gezien als iemand die begeleid moet worden in zijn of haar informatieconsumptie.
De journalist
In tegenstelling tot de autonomie die de lezer wordt toegeschreven, is de rol van de journalist bij NRC meer gebonden aan richtlijnen en normen. Er bestaat een code die gaat over ‘het doen en laten van iedere journalistieke medewerker’ en die daarnaast ‘het karakter en de kernwaarden van NRC-journalistiek vastlegt voor redacteuren, medewerkers, abonnees en lezers’ (NRC Code | NRC Code, n.d.). NRC normeert hiermee zowel de medewerkers, door vast te leggen hoe ze zich moeten gedragen, als de NRC-journalistiek in zijn geheel. Door de kernwaarden van de krant vast te leggen, wordt de bandbreedte bepaald waarbinnen de medewerker mag handelen. Dit betekent dat de journalist, anders dan de lezer, niet geheel autonoom is, in die zin dat hij niet volledig de vrijheid heeft om eigen keuzes te maken bij de invulling van zijn werk. De individualiteit van de journalistieke medewerker wordt ingeperkt, en door deze protocollering wordt hij onderdeel van een collectief.
Toch wordt in de NRC-code ook benadrukt dat de journalist moet handelen vanuit redelijkheid en vrijheid (NRC Code | Onze-beginselen, n.d.), wat het mensbeeld van de journalist enigszins tegenstrijdig maakt. Enerzijds wordt de journalist gezien als een rationeel, vrij wezen, anderzijds wordt de autonomie van de journalist beperkt door de NRC-code en de bepaling van het karakter van de krant.
Naast de vrijheid van de journalist wordt ook het belang van waarheidsvinding en objectiviteit benadrukt. ‘Onze journalistiek draait om waarheidsvinding en, op basis daarvan, meningsvorming (nieuws en opinie) voor burgers in een democratische samenleving’, en ‘NRC-journalistiek is feitelijk, zakelijk en objectief, maar niet maatschappelijk neutraal. Wij staan in een liberale traditie. Die komt tot uiting in de keuze van onderwerpen en accenten (berichtgeving)’ (NRC Code | Onze-beginselen, n.d.). Dit impliceert dat er vanuit verschillende perspectieven naar de wereld kan worden gekeken en dat de liberale traditie de juiste is. Hiermee stelt de krant een norm voor objectiviteit die de journalistieke praktijk stuurt. Door de wereld te berichten vanuit een liberale bril, benadrukt NRC de juistheid van dit perspectief, maar marginaliseert mogelijk andere perspectieven. De krant bepaalt hiermee niet alleen de manier van kijken naar de wereld, maar ook de manier waarop de lezer zijn mening vormt. Door te bepalen welke onderwerpen belangrijk zijn en hoe ze worden gepresenteerd, heeft NRC een normatieve invloed op de publieke opinie. Deze invloed wordt verder versterkt door de nadruk die wordt gelegd op objectiviteit en feiten.
Ook voor wat er gepubliceerd wordt, zijn er regels opgesteld. Een daarvan is: ‘Journalisten schrijven over anderen, niet over zichzelf. Redacteuren van NRC laten zichzelf dus in de regel buiten het verhaal’ (NRC Code | Wat We Publiceren, z.d.). Deze regel onderstreept de opvatting dat subjectieve interpretaties de objectiviteit kunnen beïnvloeden en dat de mens zijn persoonlijke perspectief kan loslaten om puur rationeel tot een objectief oordeel te komen. Door de nadruk op objectiviteit te leggen, worden ook cijfers en feiten belangrijk, waardoor emotie en subjectieve ervaringen in het leven minder aandacht krijgen. Een gevolg hiervan kan zijn dat de lezer wordt gestimuleerd om alleen feiten en cijfers te erkennen als waarheid. Dit wetenschappelijke denken maakt het mensbeeld meer mechanistisch dan spiritueel.
Filosofische reflectie
Het is duidelijk dat NRC een sterk mensbeeld hanteert: de vrije, rationele mens, een denkend wezen. Maar impliciet laat NRC zien dat er enige twijfel bestaat over dit uitgangspunt. De blik van de burger kan vertroebeld raken door ‘nepnieuws’ en ‘alternatieve feiten’. Daarbij heeft de journalist een code nodig om zichzelf ‘buiten het verhaal’ te houden. Dit impliceert dat de mens niet alleen een rationeel denkend wezen is, maar dat er ook andere factoren zijn die zijn blik op de wereld beïnvloed.
Een interessante denker om tegenwicht te bieden tegen het rationele uitgangspunt van NRC is de filosoof Maurice Merleau-Ponty. Hij biedt een waardevolle tegenstem tegen de mechanistische visie van NRC, omdat zijn antropologie de belichaamde ervaring benadrukt, die ontbreekt in een puur rationele benadering. Zijn visie stelt dat de wetenschappelijke manier van naar de wereld kijken alleen mogelijk is dankzij de zintuiglijke ervaring van waarneming door het lichaam. Hiermee bekritiseert Merleau-Ponty zowel het intellectualisme als het empirisme, die de indruk wekken dat er een objectieve wereld bestaat die simpelweg in kaart gebracht moet worden, zodat de mens deze op een rationele manier kan begrijpen. Deze kritiek is fundamenteel voor zijn denken: hij wijst er op het dualisme tussen lichaam en geest, wat het idee ondersteunt dat denken de belangrijkste manier van kennisverwerving is (Doorman & Pott, 2018, p. 155).
In tegenstelling tot de NRC-benadering benadrukt Merleau-Ponty dat onze ervaring van de wereld niet abstract is, maar belichaamd. Het lichaam is het medium waardoor we de wereld begrijpen, en onze waarnemingen zijn daardoor altijd subjectief. De informatie die we opdoen via deze lichamelijke ervaring, wordt vervolgens door ons denken verwerkt. We zien de wereld dus niet zoals hij ‘werkelijk’ is, maar zoals hij aan ons verschijnt, altijd door de lens van ons lichaam en de context van onze ervaring. Cognitie is niet puur rationeel; emoties en intuïtie zijn fundamenteel voor waarneming (Doorman & Pott, 2018, p. 156). Dit perspectief maakt duidelijk dat de mens nooit kan ontsnappen aan zijn subjectieve ervaring, wat volgens Merleau-Ponty betekent dat objectiviteit een illusie is (Podcast Filosofie, z.d.).
De waarneming van zowel de lezer, die de krant leest vanuit zijn eigen perspectief, als de journalist of redacteur, wordt altijd gekleurd door subjectieve, belichaamde ervaringen. Beide kunnen niet tot een geheel onafhankelijke mening komen, omdat naast het denken ook het lichaam altijd meespeelt in de waarneming. De lezer kan de inhoud van een nieuwsbericht dan ook nooit los van zijn eigen belichaamde ervaring en de context van het lezen waarnemen. De lichamelijke ervaring van de journalist wordt verwoord in het nieuwsbericht, en hoewel de lezer de informatie rationeel verwerkt, blijft ook zijn eigen waarneming gekleurd door het lichaam. Het idee dat redacteuren en journalisten van NRC zichzelf buiten het verhaal kunnen laten, wat synoniem staat voor volledige objectiviteit, is volgens Merleau-Ponty dan ook niet mogelijk. Ondanks de ethische codes, die juist bedoeld zijn om de subjectiviteit te beperken en de betrouwbaarheid van de berichtgeving te vergroten, speelt de journalist en zijn lichamelijke ervaring altijd een subjectieve rol in de berichtgeving. De lezer vragen om op basis van alleen deze door de krant aangeleverde ‘onafhankelijke, integere en transparante berichtgeving’ een mening te vormen, is om diezelfde reden een utopie. Hij zou altijd actief op zoek moeten naar andere bronnen om tot een weloverwogen mening te komen.
NRC erkent zelf niet maatschappelijk neutraal te zijn, en dat hun liberale traditie tot uiting komt in de keuze van onderwerpen en accenten in hun berichtgeving. Hiermee erkennen ze hun subjectiviteit en dat dit een fundamenteel aspect van menselijke waarneming is, namelijk dat elk perspectief, inclusief dat van de journalist, belichaamd is. De selectie van wat relevant is en wat niet, is onlosmakelijk verbonden met de lichamelijke ervaringen van degenen die het nieuws maken. Het besef dat volledige objectiviteit een illusie is, omdat alle kennis en communicatie geworteld zijn in belichaamde ervaring, betekent dat NRC een nog grotere verantwoordelijkheid heeft. Door deze subjectiviteit te erkennen en hier transparant over te zijn, kunnen lezers een meer genuanceerd begrip ontwikkelen van de berichtgeving.
Terwijl het mensbeeld van NRC de nadruk legt op rationeel denken, is het belangrijk om te erkennen dat niet alles meetbaar of objectief is. Door te pretenderen dat dit wel zo is, ontstaat er een mechanistisch beeld van de werkelijkheid, waarbij alles volgens vaste wetten en regels verloopt. Merleau-Ponty benadrukt juist dat de mens meer is dan alleen zijn brein. Als dit mensbeeld dominant wordt, ontstaat het risico dat nieuwsfeiten vervormd worden door persoonlijke invloeden, waardoor de krant haar rol als betrouwbare bron van feiten kan verliezen. Relativisme ligt op de loer wanneer alles subjectief wordt en er geen objectieve waarheid meer bestaat. De wereld dreigt een verzameling van meningen te worden zonder duidelijke samenhang. Daarom is het essentieel om een goede balans te vinden tussen de erkenning van subjectiviteit en het behouden van een zekere mate van objectiviteit om te voorkomen dat de wereld een verzameling van losse meningen wordt.
Conclusie
De conclusie van dit onderzoek naar het impliciete mensbeeld in de journalistieke praktijken van NRC Handelsblad biedt een inzicht in hoe dit mensbeeld de berichtgeving kan beïnvloeden. Uit de analyse blijkt dat NRC de mens voornamelijk ziet als een autonoom, rationeel denkend individu, wiens hoogste doel zelfontplooiing is. Dit mensbeeld beïnvloedt de manier waarop NRC zijn journalistieke praktijken vormgeeft, met nadruk op onafhankelijke, objectieve en integere berichtgeving. Toch komt naar voren dat er impliciete aannames over de rationaliteit van de lezer en de objectiviteit van de journalist een rol spelen, die niet volledig in lijn zijn met de gepresenteerde idealen van objectieve berichtgeving.
Het mensbeeld van NRC, dat gebaseerd is op het verlichtingsdenken en de nadruk legt op ratio, wordt terecht door Merleau-Ponty bekritiseerd. Hij benadrukt dat objectiviteit een illusie is, aangezien onze waarnemingen altijd subjectief zijn en gekleurd worden door onze lichamelijke ervaringen. Dit inzicht roept de vraag op of NRC voldoende bewust is van zijn eigen subjectiviteit en de impact daarvan op de berichtgeving. De kritiek van Merleau-Ponty suggereert dat NRC haar journalistieke benadering zou moeten herzien door zowel subjectiviteit als objectiviteit een plek te geven in haar berichtgeving.
Een belangrijke conclusie is dat NRC, ondanks haar streven naar objectiviteit, onbewust bijdraagt aan het creëren van een subjectief beeld van de werkelijkheid. Het impliceert dat de krant, door haar eigen liberale traditie en de keuzes die zij maakt in berichtgeving, een invloed heeft op hoe de lezer de wereld waarneemt. Dit heeft niet alleen theoretische, maar ook praktische implicaties voor de journalistieke praktijk van NRC. De krant zou transparanter moeten zijn over haar eigen standpunten en de invloed die deze hebben op de berichtgeving, zodat lezers zich bewust worden van de subjectieve aspecten van de informatie die zij consumeren.
Op basis van de analyse kunnen enkele aanbevelingen worden gedaan voor NRC. De krant zou meer ruimte moeten geven aan het expliciet erkennen van subjectiviteit, zowel van de journalisten als van de lezers. Daarnaast zou NRC meer context moeten bieden bij nieuwsberichten, waarbij duidelijk wordt gemaakt hoe persoonlijke en culturele achtergronden de berichtgeving beïnvloeden. Het zou ook nuttig zijn om emoties en subjectieve ervaringen een grotere rol te geven in de berichtgeving, zodat de lezer het nieuws op een holistische manier kan begrijpen.
Samenvattend laat het onderzoek zien dat de zoektocht naar objectiviteit in de journalistiek complex is en dat NRC zich meer bewust moet worden van de subjectieve elementen die onvermijdelijk zijn in de berichtgeving. Het zou een balans moeten vinden tussen het erkennen van de subjectieve ervaring en het behouden van een zekere objectiviteit, wat essentieel is in de strijd tegen desinformatie en propaganda in het publieke debat.
Bronnen
College voor de Rechten van de Mens. (2022, 16 juni). Verbod op Russische staatsmedia op gespannen voet met vrijheid van meningsuiting. https://www.mensenrechten.nl/. Geraadpleegd op 3 april 2025, van https://www.mensenrechten.nl/actueel/toegelicht/toegelicht/2022/verbod-op-russische-staatsmedia-op-gespannen-voet-met-vrijheid-van-meningsuiting
Doorman, M., & Pott, H. (2018). Filosofen van deze tijd. Prometheus.
Kalb, M. (2018). Enemy of the people: Trump’s war on the press, the new McCarthyism, and the threat to American democracy. Brookings Institution Press.
NRC Code | NRC Code. (n.d.). NRC. https://nrccode.nrc.nl/
NRC Code | onze-beginselen. (n.d.). NRC. https://nrccode.nrc.nl/onze-beginselen
NRC Code | Wat we publiceren. (z.d.). NRC. https://nrccode.nrc.nl/wat-we-publiceren
Over ons – NRC. (z.d.). NRC. https://www.nrc.nl/over-ons/
Podcast Filosofie (A. Amelink & J. Waanders). (z.d.). Centre Erasme.
Timmermans, F. (2025, 25 februari). Vrijheid voor Europa. https://groenlinkspvda.nl. Geraadpleegd op 3 april 2025, van https://groenlinkspvda.nl/blog/vrijheid-voor-europa/
Afbeelding: Unspalsh, AbsolutVisionNRC ziet de mens als autonoom individu, voor wie
zelfontplooiing een nastrevenswaardig ideaal is.